Vissen en muizen
Rinus is een rooie kat van een jaar of 13. Ze woont op het Groningse platteland, samen met een mensenvrouw met schizofrenie en een angst-dwangstoornis. In de Riepe beschrijft ze wat het betekent om mantelkat van een psychiatrisch patiënt te zijn.
Ze is naar de supermarkt. Op de fiets, dus dat duurt wel even. Valt er voor mij weer wat te typen.
Eerlijk delen, daar wou ik het eens over hebben. Mijn vrouw heeft naast psychiatrische problemen ook diabetes. Dat betekent dat ze moet opletten wat ze eet. Ze heeft daar een kookboek voor met allemaal verantwoorde recepten. Met heel verantwoorde ingrediënten: zalm, ansjovis, sardientjes…
Dat lust ik allemaal ook wel! Maar krijg ik iets? Nee, ze gaat zelfs nadat zo’n gerecht heeft gegeten extra snel de afwas doen omdat ze bang is, dat ik op het aanrecht spring om haar bord af te likken. Geen greintje blijft er zo over voor mij! Terwijl ik best nog zou willen, ook al heeft zij al haar best gedaan om de pure vissmaak te vermoorden. Zeg nou zelf: wie mengt de indringende geur van verse waterdieren nou met sla, tomaat en sperziebonen! Daar moet je mens voor zijn.
Maar goed, als ik de kans kreeg dan likte ik de sla wel af. Maar echt vriendelijk zou het zijn, om mij van te voren een onbedorven hapje te geven. Maar ik krijg niks. Ze is bang dat ik ga overgeven, omdat ik het niet gewend ben…. En dan moet zij het opruimen en dan krijgt ze last van haar angst-dwangstoornis, denkt ze dat het niet goed is, moet het overnieuw of anders. Ik zeg: “als je mij elke dag verse vis geeft, wen ik er reuzesnel aan! En wat uit mijn buik komt, kan nooit veel kwaad. Als ik buiten overgeef laat ik het gewoon liggen, soms eet ik het zelfs weer op.
En het is toch gewoon eerlijk om de ander iets te geven van wat je zelf kan verschalken? Ik kan zelf niet naar de supermarkt, dus als zij daar komt kan ze toch best ook even aan mij denken en een wat ruimere portie kopen? Als ik een vogel vang zoek ik altijd een extra grote uit, zodat er wat overblijft wat ik aan haar kan geven.
Vandaag is de vangst niet groot, maar ik doe het wel, delen: Ik spring van de computer, vang een muis en leg hem naast het bed. Ze komt thuis van de Albert Heijn, pakt het dode beest voorzichtig op met een keukenpapiertje en kiepert hem in de vuilnisbak.