Verslag lezingen Iris Sommer en Moni Germann

De mogelijke rol van het immuunsysteem bij schizofrenie/ psychosegevoeligheid

Op 26 november 2020 hielden Iris Sommer en Monique Germann in het eerste webinar van Ypsilon Groningen elk een lezing. Zij deden dat eerder ook in de Ypsilon Zoom wetenschapsmeeting die door Ypsilon Utrecht werd georganiseerd. Bram- Sieben Rosema schreef een verslag daarover in het decembernummer van het tijdschrift Open Geest van Anoiksis (nr. 103, jrg. 27). Hier onder treft u dat verslag aan, met dank aan de redactie van Open Geest en de schrijver.

Na een korte introductie over de wetenschapsmeeting die in Utrecht via Zoom werd georganiseerd, schrijft Bram-Sieben over de lezingen:

“Het inloggen ging wat mij betreft gemakkelijk. Iris Sommer vertelde over de mogelijke rol die het immuunsysteem bij schizofrenie/psychosegevoeligheid speelt en Moni Germann vertelde over haar onderzoek met de PET-scan en MRI. Zij onderzoekt of er een verschil in zenuwverbindingen te zien is tussen mensen met en zonder psychoses.

Iris vertelde dat men vroeger al een verband vond tussen diabetes, een auto-immuunziekte, en het voorkomen van “gekte” in een familie (H. Maudsley 1897). Tegenwoordig ontstaat diabetes vaak door overgewicht en slechte voeding maar toen was men nog mager en was er geen overvloed. Het is dus niet zo dat diabetes toen kwam door leefstijl binnen de familie, dus lijkt het door erfelijke aanleg te moeten zijn ontstaan. Dit suggereert een erfelijke overlap tussen risico op diabetes en krankzinnigheid.

Psychose

Later vond de Nobelprijswinnaar Wagner (1857-1940) een behandeling voor krankzinnigheid met koorts (pyrotherapie). Via de malariamugsteken werd deze koorts opgewekt. Dit werkte toen goed. Toch is deze therapie nu niet meer in gebruik. Dit komt omdat toen vaak syfilis aan psychoses ten grondslag lag en nu niet meer. De oorzaak is anders, en daardoor ook de methode om ervan te kunnen herstellen.

Tegenwoordig zijn er nog steeds ziektebeelden waarbij het immuunsysteem een rol speelt, en waarbij ook psychose/schizofrenie-achtige beelden zijn waar te nemen. Bijvoorbeeld SLE, een auto-immuunziekte, geeft een beeld gelijkend op schizofrenie. Ook bij Parkinson kan er bij een infectie, bijvoorbeeld een urineweginfectie, een psychose ontstaan.

In de film “Brain on fire” heeft de hoofdpersoon ook last van psychoses. Dit blijkt een zeer zeldzame auto-immuun encefalitis te zijn. Ze kwam ten onrechte in de psychiatrie terecht. Het beloop is in het begin vergelijkbaar, maar het gaat wel snel slechter met de patiënt. Er is gekeken of dit beeld vaak in de praktijk gemist wordt, maar dit bleek niet het geval. Het is ook erg zeldzaam en komt niet voor in de chronische zorg.

Klachten

Ook vertelde Iris over twee gevallen, casussen, waarbij men iets met het immuunsysteem deed, wat effect had op de beleving van psychoses. Een geval ging over iemand die leukemie had en via beenmergtransplantatie van zijn schizofrene broer, hetzelfde beeld ontwikkelde. In het begin had hij nog nergens last van, en was de leukemie goed behandeld. Echter na het stoppen met de immuun onderdrukking (dit doen ze altijd in het begin van de transplantatie) kreeg hij de klachten van zijn broer ook. Opmerkelijk. In een ander geval kreeg iemand die leukemie en schizofrenie had dezelfde behandeling (van een gezonde donor), en verdwenen zijn psychotische klachten. Dit wordt nu nog niet in de behandeling gebruikt.

Iris liet nog meer zien, om aan te geven dat schizofrenie en infectie/ auto-immuunziekte met elkaar gecorreleerd zijn. De vraag is dan hoe dit verband kan worden uitgelegd naar een oorzakelijke relatie. Iris benoemde daarbij het complementsysteem van onze afweer. Dit systeem werkt door middel van immuunstoffen die aan bepaalde (lichaamsvreemde) stoffen binden waarna deze herkend worden en afgebroken door afweercellen. Bij een immuunreactie is dit op eigen cellen. Mensen verschillen in hoe actief hun immuunsysteem is. Een actiever immuunsysteem beschermt tegen infecties en kanker, maar geeft bijvoorbeeld wel weer een hoger risico op hersenaandoeningen (zoals dementie). Dit immuunsysteem speelt ook een rol bij het “snoeien” van het brein. Het brein is constant in ontwikkeling, en verbindingen die niet meer nodig zijn worden opgeruimd. Het kan zijn dat bij schizofrenie dit systeem te actief is, dat er te veel verbindingen worden opgeruimd. Minocycline kan de snoei beperken en klachten van een psychose doen weggaan, maar de al verdwenen verbindingen blijven weg. Minocycline is en antibioticum dat ook gebruikt werd bij bestrijding van acné in de pubertijd.

Preventie

Voor de toekomst had Iris vanuit deze theorie een plan van aanpak. Je zou bijvoorbeeld kinderen met erfelijke belasting voor een te actief immuunsysteem kunnen testen op een te actief complementsysteem. Een behandeling met minocycline in de pubertijd zou dan kunnen voorkomen dat er te veel gesnoeid wordt in de hersenen. Het middel wordt al voor deze doelgroep gebruikt, wel voor andere klachten, maar is wel veilig en heeft weinig bijwerkingen. Door minocycline te gebruiken op deze manier is mogelijk voor een deel van de psychosegevoelige groep preventie mogelijk van het ontstaan van schizofrenie/ psychosegevoeligheid.

Zouden dan meer auto-immuunziekten zoals de ziekte van Crohn of Reumatoïde Artritis ook een verhoogde kans op psychose geven vroeg iemand uit het publiek zich af. Het antwoord was steeds ja.

Meer over de hersenen

Moni Germann ging wat dieper in op de ontwikkeling en werking van de hersenen. De hersenen bestaan uit verschillende delen die contact maken via “snelwegen”. Normaal ontstaat er dan in de ontwikkeling een redelijk uitgebalanceerd brein. De onderdelen zijn goed met elkaar in verbinding. Echter wanneer er te veel gesnoeid is kan het zijn dat sommige delen wat minder goed met elkaar in verbinding zijn komen te staan. Terwijl dit eigenlijk wel gewenst was. “Het effect is dat er daardoor een verward brein kan ontstaan. De communicatie loopt in het brein niet meer goed en de afstemming van waarneming, verwerking en gedachten daardoor ook niet” (Mijn toevoeging).

Verbindingen

Zij gaat onderzoek doen naar het aantal verbindingen in de hersenen, de synapsen. De verwachting is dat deze bij mensen met schizofrenie/psychosegevoeligheid lager is dan bij andere mensen, door het te veel snoeien. Daarvoor zoekt ze mensen die een PET- en MRI -scan willen ondergaan. Ze zoekt mensen die niet in de periode van snoei zitten. Dat betekent geen oudere mensen. En verder vanaf 18 jaar. Ze zoekt mensen die een naaste of familie zijn van iemand met psychosegevoeligheid. Maar ouders voldoen niet aan de leeftijdsbovengrens. Voor de PET-scan mag je niet zwanger zijn, en wordt er daarom (bij vrouwen) een zwangerschapstest afgenomen. Voor deze scan moet je een oplossing drinken, die na twee uur weer uit je lichaam is. Daarin zitten stoffen die in de hersenen binden aan de synapsen (hersenverbindingen). Op de scan lichten deze op en dan kan je naar gelang de intensiteit ervan zien hoeveel verbindingen er in een bepaald hersengebied zijn. De MRI-scan is er om de hersengebieden goed in kaart te brengen. Door deze twee scans op elkaar te leggen, krijg je een driedimensionaal beeld van de hersenen met daarin de relatieve hoeveelheid aan verbindingen/ sterkte van de verbindingen. Ze verwacht een verschil te vinden tussen drie groepen. De mensen met een psychosegevoeligheid, de naasten, en de gezonde controles. De verwachting is dat de naasten er een beetje tussenin zullen liggen qua aantal verbindingen. Mocht ze dit vinden, dan bevestigt dit de theorie die zij met Iris deelt. Een verband met hersenfuncties kan dan onderzocht worden. En ook effecten van mogelijke behandelingen of preventieve acties kan dan zichtbaar gemaakt worden. “

Bram-Sieben Rosema besluit met de opmerking over de avond in Utrecht: “ Het was een leerzame avond, langer dan ik gedacht had, maar zeker de moeite waard” plus de uitnodiging om zo’n wetenschapsmeeting via Zoom ook eens bij te wonen.

 

Meedoen aan het onderzoek van Moni Germann?

Zowel patiënten als hun broers of zussen kunnen meedoen aan het onderzoek.

Wilt u meer weten over deelname aan het onderzoek als broer of zus? Klik hier.

Voor meer informatie over deelname als patiënt, klik hier.